Artikel 1:
Voor de toepassing van het onderhavig reglement, moet men onder nachtwinkels verstaan, elke winkel die in algemene voedingswaren en huishoudartikelen handelt, tussen 18u en 7u, en ingeschreven is in het handelsregister onder de rubriek “verkoop van algemene voedingsmiddelen en huishoudartikelen”.
Artikel 2:
Er wordt ten bate van de gemeente Etterbeek, vanaf 1 januari 2025 voor en termijn vervallend op 31 december 2025, een overnamebelasting en een jaarlijkse belasting geheven op nachtwinkels gelegen op het grondgebied van de gemeente.
Artikel 3
De aanslagvoet van de jaarlijkse belasting is vastgesteld op € 1.150,00 per nachtwinkel.
Artikel 4:
De aanslagvoet van de overnamebelasting is vastgesteld op € 14.500,00 en is verschuldigd als de cedent zijn handel minder dan 5 jaar achtereenvolgens heeft beheerd. De overnamebelasting is een éénmalige belasting.
Artikel 5:
De jaarlijkse belasting is verschuldigd:
- hetzij het jaar na de inkohiering van de overnamebelasting;
- hetzij het jaar na de betaling van de belasting voor het wijzigen van de bestemming of het gebruik van een -gebouw in het algemeen of een deel van een gebouw om er een nachtwinkel in onder te brengen;
- bij gebreke hiervan vanaf de inwerkingtreding van huidig reglement.
Artikel 6:
De jaarlijkse belasting en de overnamebelasting zijn verschuldigd voor het hele jaar vanaf 1 januari van het belastingjaar welke ook de datum van het begin van de uitbating, of de stopzetting van de economische activiteit of van verandering van uitbater weze gedurende het belastingjaar. Er wordt geen enkele korting of teruggave van de belasting gedaan voor welke reden dan ook.
Artikel 7:
De opening van een nachtwinkel is onderworpen aan de belasting op het bouwen, het heropbouwen en de afsluitingen.
Artikel 8:
In geval van tijdelijke of definitieve sluiting van de zaak omwille van een sanctie van het College van Burgemeester en Schepenen krachtens artikel 119bis van de Nieuwe Gemeentewet, kunnen de belastingplichtigen op geen enkele schadeloosstelling aanspraak maken.
Artikel 9:
De overnamebelasting en de jaarlijkse belasting zijn verschuldigd door de uitbater van de nachtwinkel.
Artikel 10:
Ten einde de jaarlijkse belasting en de overnamebelasting te heffen, stuurt het gemeentebestuur naar iedere handelszaak in activiteit een aangifteformulier dat binnen de door de gemeentelijke overheid vastgestelde termijn dient ingevuld, ondertekend en teruggestuurd te worden. De aangifte is geldig tot haar schriftelijke intrekking.
De belastingplichtige die geen aangifteformulier ontvangen heeft is er toe gehouden een aan te vragen.
Iedere wijziging of stopzetting van de activiteit of wijziging van uitbater dient onmiddellijk, onder verantwoordelijkheid van de belastingplichtige, per aangetekend schrijven aan het gemeentebestuur medegedeeld te worden.
Artikel 11:
Bij gebrek aan aangifte of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, wordt de belasting ambtshalve ingekohierd overeenkomstig de bepalingen vervat in artikel 7 van de ordonnantie van 3 april 2014.
De ambtshalve ingekohierde belastingen worden verhoogd met een bedrag dat gelijk is aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ook ingekohierd.
Artikel 12:
Iedere belastingplichtige moet, op verzoek van het bestuur en zonder verplaatsing, alle boeken en bescheiden voorleggen die noodzakelijk zijn voor de vestiging van de belasting.
De belastingplichtigen moeten eveneens de vrije toegang verlenen tot de al dan niet bebouwde onroerende goederen, die een belastbaar element kunnen vormen of bevatten of waar een belastbare activiteit wordt uitgeoefend, aan de ambtenaren die overeenkomstig artikels 5 en 6 van de ordonnantie van de 3de april 2014 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen
Tot particuliere woningen of bewoonde lokalen hebben deze ambtenaren maar alleen toegang tussen vijf uur ‘s morgens en negen uur ‘s avonds, en mits machtiging van de politierechter.
Artikel 13:
Het kohier van de belasting wordt door het College van Burgemeester en Schepenen vastgesteld en uitvoerbaar verklaard ten laatste op 30 juni van het jaar dat volgt op het dienstjaar.
Artikel 14:
De belasting wordt ingevorderd door de Gemeenteontvanger overeenkomstig de bepalingen vervat in de ordonnantie van 3 april 2014.
Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van de ordonnantie van 3 april 2014, en voor alles wat niet geregeld zou worden door onderhavig reglement, zijn de bepalingen van titel VII, hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9bis van het Wetboek der Inkomstenbelastingen en artikelen 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van het Wetboek, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen, alsook de gewestelijke bepalingen die verwijzen naar het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen of alle gewestelijke bepalingen betreffende de lokale fiscaliteit van toepassing.
De belasting moet betaald worden binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. Deze verzending gebeurt zonder kosten voor de belastingplichtige.
Artikel 15:
De geschillen worden geregeld in overeenstemming met de beschikkingen van het algemeen reglement die deze materie beheren.