Artikel 1:
Er wordt vanaf 1 januari 2025 ten bate van de Gemeente Etterbeek voor een termijn vervallend op 31 december 2025, een belasting geheven op de aanplakkingen op particuliere plaatsen.
Artikel 2:
De belastingvoet is vastgesteld op € 2,50 per m² wat ook de duur van de aanplakking zij.
Elke fractie van de oppervlakte wordt als één geheel aanzien.
De toepassing van de beschikkingen van dit artikel is niet beperkt tot de affiches in papier. Elke publiciteit aangebracht op reclameborden wordt dus eveneens aan de belasting op de aanplakking onderworpen.
Artikel 3:
Zijn vrijgesteld van de belasting: de verkiezingsaffiches, de affiches uitgaande van socio-culturele, filantropische of humanitaire organisaties, de affiches uitgaande van openbare besturen.
Artikel 4:
De belastingplichtigen zijn ertoe gehouden, elke maand, de lijst van de op het grondgebied van de gemeente aangebrachte affiches aan het gemeentebestuur aan te geven. Na controle van de lijst, worden de belastingplichtigen ertoe gehouden het verschuldigde bedrag contant te betalen. Wanneer de contante inning niet kan worden uitgevoerd, wordt de belasting ingekohierd en is ze onmiddellijk eisbaar.
Artikel 5:
Bij gebrek aan aangifte binnen de in het reglement vastgestelde termijn, of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, wordt de belasting ambtshalve ingekohierd in overeenstemming met de bepalingen vervat in artikelen 7 van de ordonnantie van 3 april 2014. De ambtshalve ingekohierde belastingen worden verhoogd met een bedrag dat gelijk is aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ook ingekohierd.
Artikel 6:
Iedere belastingplichtige moet, op verzoek van het bestuur en zonder verplaatsing, alle boeken en bescheiden voorleggen die noodzakelijk zijn voor de vestiging van de belasting.
De belastingplichtigen moeten eveneens de vrije toegang verlenen tot de al dan niet bebouwde onroerende goederen, die een belastbaar element kunnen vormen of bevatten of waar een belastbare activiteit wordt uitgeoefend, aan de ambtenaren die overeenkomstig artikels 5 en 6 van de ordonnantie van de 3de april 2014 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen
Tot particuliere woningen of bewoonde lokalen hebben deze ambtenaren echter alleen toegang tussen vijf uur ‘s morgens en negen uur ‘s avonds, en mits machtiging van de politierechter.
Artikel 7:
Het kohier van de belasting wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard, door het College van Burgemeester en Schepenen wanneer de contante inning van de belasting niet kan worden uitgevoerd.
Artikel 8:
De belasting wordt ingevorderd door de Gemeenteontvanger overeenkomstig de bepalingen vervat in de ordonnantie van 3 april 2014.
Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van de ordonnantie van 3 april 2014, en voor alles wat niet geregeld zou worden door onderhavig reglement, zijn de bepalingen van titel VII, hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9bis van het Wetboek der Inkomstenbelastingen en artikelen 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van het Wetboek, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen, alsook de gewestelijke bepalingen die verwijzen naar het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen of alle gewestelijke bepalingen betreffende de lokale fiscaliteit van toepassing.
Artikel 9:
De geschillen worden geregeld in overeenstemming met de beschikkingen van het algemeen reglement die deze materie beheren.